Hierbij in origineel en toch authentiek Platjeïsch kortschrift wat er allemaal voorviel: H invaller vanavond, maar ziek. Poging J1 te bereiken faalt. H licht C in. C contact met J1. C zal invaller zoeken. C poging contact W1 mislukt. C mailt W2 met verzoek invallen. W2 zou verslag maken, niet spelen. W2 belt J2. J2 meldt zelf al invaller. W2 contact met F. F bereid tot spelen. W2 zal F thuis ophalen. W2 blij en contact J1. W2 meldt J1 alles in orde. W2 meldt C alles in orde. F contact W2. F zal later arriveren op fiets. W2 hoeft F niet op te halen. F contact W2. W2 legt route speelzaal Crabbehoeve uit. [...] W2 onderweg Crabbehoeve. F contact partner van W2. F kan speelzaal niet vinden. Partner W2 weet route. Legt uit aan F. W2 ziet buiten Crabbehoeve N net op tijd arriveren. W2 ziet koplamp fiets F om 20:00 uur. Iedereen op tijd. W2 zucht: "hè, hè". W2 blij. Droopy ook:
Alexander Markovich Konstantinopolsky introduceerde een opening, die naar hem de Konstantinopolsky-opening is genoemd, tegen Viacheslav Ragozin in Moskou in 1956. (1.e4 e5 2.Nf3 Nc6 3.g3) Men is van mening dat zwart het niet al te moeilijk krijgt na het natuurlijke en sterke 3...Nf6 4.d3 d5. Victor van Blommestein zette de ongebruikelijke opening op het achtste bord tegen Jisk Liemburg en deze antwoordde met 3...g6. Victor begon al snel de zwarte koningsstelling te bestoken met een pionnenopmars: e4, f5, g4 en een toren op de h-lijn. De pionnenketens schoven enigszins in elkaar, wat ook Jisks bedoeling was, maar hij had beduidend minder ruimte om te manoeuvreren. Om half tien vond Jisk dat hij helemaal was ingesnoerd en geen goede verdediging meer zou hebben tegen de op handen zijnde witte aanval. (1-0)
Op vrijwel hetzelfde moment gaf ook John van Waardenberg zich gewonnen in zijn partij op het vierde bord tegen oud-DWD-lid Marcel Pluymert. (Bij mijn weten is er nooit een transfersom voor Marcel betaald, maar dat terzijde.) Commentaar van John: "Marcel deed een zetje met de dame, dat heel onschuldig leek, maar heel venijnig bleek. Ik speelde niet de beste verdediging, hoewel ook die tot een onhoudbare stelling zou hebben geleid. Zoals ik het speelde draaide het uit op mat of dameverlies. Ik koos voor de derde optie." (2-0)
Toen was het tijd voor het wonder van de Crabbehoeve. Fons Claessen was met wit op bord zeven prima uit de opening gekomen tegen Wouter de Bruin, die 500 Elo-punten meer aan het bord bracht dan Fons. Nu wist Fons dat niet, wilde hij dat ook niet weten en zou hij zich er, hem kennende, toch geen moer van hebben aangetrokken. De Grünfeld-Indische verdediging verliep een zet of achttien (!) langs eerder theoretisch gebaande paden van de moderne ruilvariant. Met 19.fxg6 leek Fons echter de eerste fout te maken, omdat 19...Tc3 zwart een stuk op leek te gaan leveren vanwege een dubbelaanval op dame en loper. Beter was het om de pion eerst terug te slaan. Nu speelde Wouter toch het voor de hand liggende 19...Tc3 en had Fons groot voordeel kunnen krijgen met 20.gxf7+. Dat liet hij echter na en hij kwam in een kansloze positie terecht met een loper achter en geen enkele compensatie. Toen beging Wouter echter een enorme fout. Zie diagram hieronder: stand na 22. Dh5.
Met 22...h6 stelt zwart de zege veilig, maar na het gespeelde 22.hxg6?? was het na 23.Dxg6 Fons die aan het langste eind trok. Mat is niet meer te voorkomen. (2-1) Dit gun je natuurlijk niemand, maar de stand trekt zich daar niets van aan. (2-1)
Lang kon er evenwel niet worden nagenoten van deze meevaller, want Pieter Sandijck moest, spelend met wit aan het vijfde bord, het punt aan Johan van de Griend laten. Commentaar van Pieter: "Ik speelde veel te passief en kwam gedrukt te staan. Ik kon geen kant meer op." (3-1)
Aan bord drie kwam Naomi Snikkers met wit uit tegen Sander Vogelesang, die van het Scandinavisch gebruik wenste te maken om zich tegen 1.e4 te verdedigen. Sander gebruikte weliswaar behoorlijk wat meer tijd dan Naomi en Naomi vond achteraf dat ze wel iets beter had gestaan, maar het eindspel met ieder twee lichte stukken en wat pionnen werd waarschijnlijk terecht remise gegeven. (3½-1½)
De hoop flakkerde weer even op toen Edwin van Dongen met wit aan het eerste bord won van Xander van Doorn. Na 1.e4 c5 2.Pf3 g6 kwamen de spelers terecht in wat bekend staat als de Hongaarse variant van het Siciliaans. Na ruil van twee pionnen gingen de dames van het bord en ontstond er een interessante partij. Xander verbruikte in de fase direct volgend op de dameruil een kwartier meer dan Edwin en wellicht kwam het daardoor dat hij uiteindelijk een houdbaar lijkend eindspel met elk een witveldige loper en vijf pionnen verloor. Als je op de klok nog vier minuten hebt en je tegenstander heeft er nog 24 dan wordt de tijd toch een factor van belang. Edwin speelde volgens de website van SC Dordrecht "als Carlsen in een gelijk (?) lopereindspel zijn vrije a-pion als troef uit". (3½-2½)
Zo snel als de hoop op kan flakkeren kan ze ook weer opflikkeren, want direct na de winst van Edwin aan het eerste bord moest Pearl Uyttenhove zijn meerdere erkennen in Peter van Oevelen. Lang leek er aan het tweede bord voor Pearl met zwart een remise in te zitten. Hij verdedigde zich taai na de partij met de Pirc-opening begonnen te zijn. Helaas ging er een pion verloren en een pion op b6 werd ook nog een zorgenkindje. Peter slaagde erin om via de h-lijn een witte toren achter in de stelling van Pearl te krijgen, waarna stand houden niet meer mogelijk bleek. (4½-2½)
De Berlijnse verdediging van het Spaans verscheen op het zesde bord, waar Johan Went het met zwart opnam tegen Ben Sitton. Had aanvankelijk Ben de betere stelling, later nam Johan het initiatief in een eindspel waarin beiden twee torens en zes pionnen bezaten. Ben leverde twee pionnen in en Johan kreeg duidelijk de overhand. Wat er daarna allemaal gebeurde laat zich moeilijk beschrijven. Via een eindspel met toren en vier pionnen (Johan) tegen een toren en twee pionnen, dat andere dan menselijke breinen straal gewonnen verklaren voor de partij met de twee extra pionnen, kwamen de heren terecht in een eindspel, waarin Johan na een lange reis van zijn koning als eerste promoveerde. Ben hield echter stand, omdat hij een pion op f7 had, die dreigde te promoveren. Theoretisch is zo'n eindspel gewonnen voor de partij die via schaaks met zijn dame zijn eigen koning kan laten naderen op het moment dat de vijandelijke koning gedwongen wordt het promotieveld te blokkeren. Toen Ben er echter ook nog in slaagde om pat-wendingen in de stelling te vlechten stemde Johan in met remise. (5-3)
Helaas een verlies voor de onzen tegen de Grote Broer, maar captain John van Waardenberg ziet zeker nog goede mogelijkheden als voor de volgende wedstrijd de sterkste opstelling aan de borden zal kunnen verschijnen.
Het verslag van Ton Slagboom op de website van SC Dordrecht kunt u via deze link bekijken: Verslag Dordrecht 2 - DWD 1.
Klik hier voor de volledige uitslagen van deze wedstrijd.
De ranglijst en een overzicht van alle uitslagen vind je nadat de competitieleider van de RSB deze heeft bijgewerkt via "Extern" ⇒ "DWD-1 Klasse 1B".