14e ronde: “Het einde van het schaken “ 2


Daarmee kwam de partij pas in echt onbekend vaarwater...

"Er is geen perfectie alleen leven." (Milan Kundera)

RONDEVERSLAG | Enige tijd geleden schreef ik dat ik me realiseerde dat de ultieme staat van perfectie in het schaken voor niemand is weggelegd. En dat is eigenlijk maar goed ook, want als die wel bereikt wordt dan kunnen de stukken voorgoed in het doosje. Deze opmerking deed me denken aan de volgende anecdote:

Van Raúl Capablanca (1888-1942, foto hierboven), wereldkampioen schaken van 1921 tot 1927, is bekend, dat hij ooit onder het genot van een mooie Havanna en een goed glas wijn het volgende verhaal aan een goede vriend vertelde:

“Een aantal jaren geleden was ik in Duitsland voor een belangrijk schaaktoernooi toen ik in de lobby van het hotel zachtjes op mijn schouder werd getikt. Ik draaide me om en deinsde onwillekeurig terug. Het was een oude man. Eén van het soort, dat nu niet tot de meest aantrekkelijke bejaarde mannetjes behoort. Een gezicht vol vouwen, een vaalgrijze gelaatskleur, kleine rattenoogjes die me priemend aankeken, een gerafelde flambard op het hoofd en enigszins gebocheld. Ik geneerde me een beetje voor mijn primaire reactie en omdat ik dacht dat hij een handtekening van me wilde tastte ik alvast naar mijn pen. Het mannetje echter legde met een verrassend snelle beweging zijn hand op mijn pols en zei raspend: “Ik heb het schaken opgelost!”

Enigszins geschrokken deed ik een stap terug. Je kunt immers nooit weten of zo’n gek niet ook gevaarlijk is. Het mannetje grinnikte wat bruine tanden bloot en sprak op fluisterende toon: “Ik ben niet gek. Wees niet bevreesd. Ik wed met u om vijftig mark dat ik het u bewijzen kan.” Schichtig keek hij om zich heen om vervolgens hees te vervolgen: “Op mijn hotelkamer, ik zal het u bewijzen. Ja, u hoeft zelfs niet eens te wedden als dat u tegenstaat. Ik schenk u nu vijftig mark als u mij de gelegenheid geeft om het bewijs te leveren!” Met een snel gebaar toverde hij vijftig Reichsmark uit zijn zak, greep mijn onderarm en voordat ik ook maar kon reageren drukte hij me het biljet in de hand. “Eerste verdieping, het bord staat klaar.” Beduusd volgde ik hem de brede trap op naar de eerste verdieping. Hij hinkte een beetje. Een licht gevoel van medelijden drong zich aan mij op. Ik schudde het af. “Vijftig mark is immers vijftig mark en hij wil het zelf”, bedacht ik onderweg en stapte met hem zijn hotelkamer binnen…

Op een tafel voor het raam stond inderdaad een schaakbord met alle stukken reeds in de beginstand. Niet het minste schaakbord. Fijn ingelegd met exquise houtsoorten en met prachtige eiken- en ebbenhouten stukken. Een lust voor het oog. Inmiddels lichtelijk geamuseerd nam ik plaats achter de zwarte stukken. Het mannetje hinkte krakend naar de andere stoel. Steunend hees hij zich erop. ‘Ik heb het helemaal opgelost. Waarlijk! Wit geeft mat in 12 zetten ongeacht wat voor tegenspel van zwart dan ook.” Hij speelde zijn eerste zet. Ik deed nonchalant de mijne en wachtte toch wel een beetje gespannen op wat komen ging. Tot mijn verbazing stelde ik vast dat de witte stukken een wel heel vreemde samenwerking aangingen. Wat lacherig speelde ik verder, om er even later tot mijn stomme verbazing achter te komen, dat ik onverwacht mat ging op zet 12!

“Excuseer” zei ik, terwijl ik niet op mijn gemak de triomfantelijke oogjes trachtte te vermijden. “Ik was er kennelijk met de gedachten even niet helemaal bij, ik heb een nogal uitputtende partij gespeeld vandaag, ziet u. Staat u mij toe nu wel bij de les te zijn?” Hij knikte zwijgend, maar zijn flauwtjes opgetrokken wenkbrauwen getuigden van nauwelijks verholen plezier. Lichtelijk geërgerd speelde ik opnieuw. Deze keer wel één van mijn vertrouwde openingen, waarbij het absoluut onmogelijk is om in een dergelijke stelling terecht te komen. Wit speelde een aantal zeer ongebruikelijke zetten, die ik als absoluut inferieur taxeerde, maar tot mijn afgrijzen vond ik mijn koning als uit het niets omsingeld en stond ik mat op zet 12!

Het mannetje keek me aan. “Overtuigd?”, raspte hij. “Krijg vijftig mark van u terug.” Verbouwereerd keek ik hem aan. “Dit is kennelijk mijn dag niet”, stamelde ik. “Wacht u alstublieft even? Ik ben direct weer bij u terug.” Ik struikelde naar de deur en bijna in paniek rende ik naar beneden om hulp te halen. Ik trof tot mijn fortuin voormalig wereldkampioen Emanuel Lasker, die in de lobby met Alexander Aljechin, regerend wereldkampioen, in geanimeerd gesprek was. Over mijn woorden struikelend deed ik met overslaande stem mijn verhaal. Ze moeten gedacht hebben, dat ik op slag idioot geworden was, maar bezorgd en natuurlijk uitermate sceptisch stemden ze toe om mee te gaan, al was het maar om mij in de gaten te kunnen houden. Natuurlijk zag ik wel dat ze veelbetekenende blikken uitwisselden, maar dat was mij op dat moment om het even. Lasker speelde lacherig wat zetten, maar afschuw stond op zijn gelaat te lezen toen hij in 12 zetten als uit het niets mat stond. Wat narrig nam hij de tweede keer geen risico’s en speelde, op zijn hoede, zo voorzichtig mogelijk. Na een aantal zinloos lijkende zetten van wit echter, zat ook hij voor de tweede keer in een matnet met als resultaat mat op zet 12. Aljechin probeerde het eveneens tot twee maal toe, maar ook hij wist zet 13 niet te bereiken.

Het was echt verschrikkelijk! Daar zaten we dan en keken elkaar in totale verbijstering aan. De beste spelers van de wereld. Mannen die hun leven volkomen hadden gewijd aan het spel der spelen! Alles, alles, alles was voorbij! Toernooien, matches… Alles! Simultaans, publicaties, over openingen, midden- en eindspel. Zinloos geworden! Het schaken was opgelost. Ongeacht wat zwart ook speelt is het mat in 12!.”

Op dat moment interrumpeert Capablanca’s vriend hem en zegt: ”Wacht eens even, ik heb hierover nog nooit iets gehoord! Ik verlies nooit in 12 zetten! Wat is er dan gebeurd?” Capablanca keek hem even aan en antwoordde met een vergenoegde, brede glimlach op het gelaat: “Wat dacht je ... we hebben die man natuurlijk vermoord.”

Gaan we vervolgens over tot de orde van de dag met de verslagjes, indien mogelijk, van ronde 14.

Eenzaam aan de top

 
Van de wedstrijd tussen de nummer één en drie, Wim Jongeneel en Dick Korteland, is alleen de uitslag bij mij bekend: Dick Korteland - Wim Jongeneel 0−1. Het betekent dat Wim met 1126,5 punten nog eenzamer aan de top staat. Dick staat met 739,7 punten ondanks de nederlaag nog steeds derde, maar moet oppassen dat hij niet door Pearl wordt bijgehaald in de laatste ronde.

Dick Korteland (l) en Wim Jongeneel 28-02-2023

Dick Korteland (l) en Wim Jongeneel 28-02-2023

 

Onbekende Grob

 
Pearl Uyttenhove bestreed John van Waardenberg en startte de partij met 1.g4. Hij moest voor een goede klassering wel winnen dus waarom niet geopend met iets onbekends als de Grob-opening? Na 1...d5 vervolgde Pearl met 2.g5 en bracht daarmee de partij pas in echt onbekend vaarwater. Hoewel zwart lange tijd (van) een licht overwicht genoot was er niet zoveel aan de hand voor wit. Pearl ging nog een keer dameruil uit de weg, maar nadat de dames uiteindelijk toch geruild werden was er een volkomen evenwichtige stand ontstaan en werd er tot remise besloten. (Pearl Uyttenhove - John van Waardenberg ½−½)

Pearl Uyttenhove 16-05-2023

Pearl Uyttenhove 16-05-2023

 

Krakende winst

 
Jisk Liemburg schreef over zijn partij tegen Rob Truijens: "Rob heeft in zijn drie voorgaande partijen goede resultaten neergezet (remise tegen Wim en Dick en winst op Jan), dus ik ging er echt eens voor zitten. Je kent dat wel, rechtop en beide voeten ietsje uit elkaar op de gezellig krakende vloer. En dat heeft gewerkt. Na vijf zetten had Rob, met de zwarte stukken, een dubbelpion en was er ook nog eens eentje kwijt. Hij had duidelijk zijn dag, althans avond, niet. Na 18 zetten ging ook een paard verloren en kon wit de definitieve aanval op de koningsvleugel inzetten. In dat proces offerde Rob zijn dame om mat te voorkomen en op het eind durfde ik ook wat te offeren. Ditmaal was het een toren, en mat was niet meer te voorkomen. (Jisk Liemburg - Rob Truijens 1−0)

Jisk Liemburg 28-02-2023

Jisk Liemburg 28-02-2023

 

Menu Français

 
Hans Nunnikhoven had de witte stukken in zijn partij tegen Pieter Hofstee. Pieter Hofstee had de zwarte stukken tegen Hans Nunnikhoven. Beiden speelden remise, maar het kan ook andersom zijn geweest. (Hans Nunnikhoven - Pieter Hofstee ½−½)

In de partij tussen Koos van Dalen en Jan Siebelink werd het Frans opgediend. De opening ging ongeveer gelijk op, hoewel Jan een kansje op voordeel miste. Koos liet eveneens een kansje op voordeel liggen door niet 19.f5 te spelen. Geduldig manoeuvreren leverde Jan in het middenspel een gevaarlijke gedekte vrijpion op c2 op, terwijl hij inmiddels ook een pion voorstond. Om na dameruil de promotie van de zwarte c-pion te stoppen moest Koos een toren geven. Koos gaf de toren en meteen op. (Koos van Dalen - Jan Siebelink 0−1)

Pieter Hofstee (l) en Hans Nunnikhoven

Pieter Hofstee (l) en Hans Nunnikhoven

 

Lezersvraag

 
De partij tussen Ton van der Breggen en Michel Vermeij werd gewonnen door Ton. Hoe dat precies is gegaan moet de lezer de heren zelf nog maar eens vragen. (Ton van der Breggen - Michel Verheij 1−0)

Ton van der Breggen en Michel Vermeij 20-12-2022

Ton van der Breggen en Michel Vermeij 20-12-2022


De nieuwe ranglijst en een overzicht van de uitslagen vind je via "Intern" ⇒ "Ranglijst".
Reacties zijn altijd welkom. Plaats ze helemaal onderaan bij "Een reactie plaatsen". Je e-mailadres wordt niet zichtbaar bij de publicatie.

© Wim Platje 11-09-2023 15:15

Sponsor van deze ronde:

Lokhorst en Zn - Oosterse tapijten



Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

2 gedachten over “
14e ronde: “Het einde van het schaken “”